In 2016 hadden de Zeeuwen en de Brabanders nog een fittie om waar de bolus in oorsprong vandaan komt: uit Zeeland of uit Brabant. Ze kwamen er niet echt uit en naar ik heb vernomen is de bolus eigenlijk overgenomen van de Portugese Joden. Maar wat maakt het uit? Want waar je ook woont, vanaf nu maak jij ze lekker zelf! Bijgaand recept is van Robèrt van Beckhoven en ik maakte ze tijdens de cursus ‘brood 1‘ bij de B’academie in Oisterwijk. En iedereen die wel eens een bolus van of bij Robèrt heeft gegeten weet dat je hier je vingers zo ongeveer bij opeet. Hij vult hem namelijk met Zwitserse room. En dat kun jij thuis natuurlijk ook doen, het recept daarvan vind je hier.
Voor ongeveer 15 stuks:
- 500 gram tarwebloem
- 50 gram ei
- 10 gram zout
- 25 gram boter
- 25 gram margarine
- 15 gram basterdsuiker
- 30 gram gist
- 280 gram melk
- 500 gram bolussuiker*
- En verder nodig: een schone, vochtige theedoek
*Je kunt makkelijk zelf je eigen bolussuiker maken. Meng hiervoor kristalsuiker, witte, lichtbruine of donderbruine basterdsuiker met kaneel. Kies een verhouding die je zelf lekker vindt.
- Kneed alle ingrediënten behalve de bolussuiker tot een soepel deeg; ca. 3 minuten op lage snelheid in de keukenmachine, vervolgens nog 5-6 minuten op hogere snelheid. Als u het deeg zo dun kunt uitrekken dat u er bijna doorheen kunt kijken (zonder dat het scheurt), is het goed.
- Verdeel het deeg in stukjes van 60 gram. Bol op en laat 10 minuten rusten.
- Leg een vochtige theedoek op de werkbank en strooi hierop de bolussuiker.
- Maak rollen van de deegbolletjes. Begin met 1 hand en gebruik vervolgens 2 handen, die u op de uiteinden van de rol legt. Door de handen steeds iets verder uit elkaar te bewegen wordt de rol langer. Rol het deeg terwijl u dit doet steeds door de suiker. Maak de rolletjes in etappes: eerst allemaal rolletjes van 10-15 cm, daarna steeds 5 cm erbij tot de rolletjes 25 cm lang zijn.
- Leg alle deegrolletjes dicht bij elkaar en strooi er de rest van de suiker overheen, zodat ze als het ware verdwijnen in een berg van suiker. Na een minuut of 10 gaat het deeg een beetje ‘zweten’. Hussel de deegrollen nogmaals door de suiker.
- Breng de rollen in het gewenste model, bijvoorbeeld een krakeling, een knoop of een spiraal. Stop de uiteinden van de deegrollen altijd onder het deeg, anders vervormt het model tijdens het rijzen. Leg de bolussen op de bakplaat en laat ca. 50 minuten narijzen.
- Verwarm de oven voor op 230 ⁰C.
- Bak de bolussen in 7-8 minuten gaar. Ze zijn goed als ze niet indeuken als u er op duwt.
- Keer de bakplaat met de hete bolussen direct na het bakken om op bakpapier (bijvoorbeeld op een andere bakplaat of het werkblad) en laat afkoelen.
Vergeet niet een foto te delen via Instagram met de hashtag #ontroerendlekker ! Enorm leuk om te zien hoe het gerecht er uit ziet en natuurlijk zijn we nieuwsgierig of dat het net zo lekker was!